Opa, kijk ik vond op zolder,
een foto van een oude boot.
een foto van een oude boot.
Is dat nog van voor de polder,
Apakah itu nog van voor de polder,
van die oude vissersvloot?
van die oude vissersvloot?
Jochie dat is een gelukkie,
Jochie yang een gelukkie,
ik was dat prentje jaren kwijt.
ik adalah bahwa prentje jaren kwijt.
Ik heb nou weer een heel klein stukkie,
Ik heb nou weer een heel klein stukkie,
van die goeie ouwe tijd.
van die goeie ouwe tijd.
Daar is het water, daar is de haven,
Daar adalah air, daar adalah surga,
waar je altijd horen kon: “We gaan aan boord.”
waar je altijd horen kon: & ldquo; Kami gaan aan boord. & rdquo;
De voerman laat er nu paarden draven,
De voerman laat er nu paarden draven,
en aan de horizon, ligt Emmeloord.
en aan de horizon, ligt Emmeloord.
Eens ging de zee hier tekeer,
Eens ging de zee hier tekeer,
maar die tijd komt niet meer.
maar mati tijd komt niet meer.
Zuiderzee heet nu IJsselmeer.
Zuiderzee heet nu IJsselmeer.
Een tractor gaat er, nou greppels graven,
Een traktor gaat er, nou greppels graven,
`k zie tot de horizon, geen schepen meer.
Aku benar-benar cakrawala, geen schepen meer.
Kijk, die jonge man ben ikke.
Kijk, die jonge man ben ikke.
Ja, ikke was de kapitein.
Ja, ikke adalah de kapitein.
Hiero, en die grote dikke,
Hiero, en die grote dikke,
ja, dat moet malle Japie zijn.
ja, dat moet malle Japie zijn.
Opa en die blonde jongen,
Opa en mati pirang jongen,
vooraan bij de fokkeschoot.
vooraan bij de fokkeschoot
Opa, zeg nou wat, die jongen,
Opa, zeg nou wat, die jongen,
is je ome die is dood
apakah kamu mati?
In `t diepe water, ver van de haven,
Dalam `t diepe air, ver van de haven,
in die novembernacht, voor twintig jaar.
di die novembernacht, voor twintig jaar.
Door `t brakke water, is hij begraven,
Pintu `t brakke air, hij begraven,
als ik nog even wacht, zien wij elkaar.
als ik nog bahkan wacht, zien wij elkaar.
Toen ging de zee zo tekeer,
Toen ging de zee zo tekeer,
in een razend verweer.
di een razend verweer.
Ongestraft slaat niemand haar neer.
Ongestraft slaat niemand haar neer.
Nu jaren later, hier paarden draven,
Nu jaren nanti, hier paarden draven,
zie ik de hand en macht van onze Heer.
zie ik de hand en macht van onze Heer.
Waar is het water, waar is de haven?
Waar adalah air het, waar adalah surga?
waar je altijd horen kon: “We gaan aan boord.”
waar je altijd horen kon: & ldquo; Kami gaan aan boord. & rdquo;
De voerman laat er nu paarden draven,
De voerman laat er nu paarden draven,
en aan de horizon, ligt Emmeloord.
en aan de horizon, ligt Emmeloord.
Eens ging de zee hier tekeer,
Eens ging de zee hier tekeer,
maar die tijd komt niet meer.
maar mati tijd komt niet meer.
`t Water ligt nou achter de dijk.
Air ligt nou achter de dijk.
Waar eens de golven, het land bedolven,
Waar eens de golven, het land bedolven,
golft nu een halmenzee
golft nu een halmenzee